Gewone zebra ( Equus quagga )

 

De steppezebra is een middelgroot, gespierd paard met grote oren.

De benen zijn relatief kort en stevig.

Het strepenpatroon verschilt per ondersoort, gebied en individu.

Bij alle dieren lopen brede, zwarte strepen verticaal over het lichaam.

Op de hoeven en de romp lopen horizontale zwarte strepen.

Ook het gezicht en de stijve manen zijn gestreept.

De noordelijke populaties hebben brede, scherp afgetekende strepen, terwijl de zuidelijke populaties smallere strepen hebben en minder strepen op de achterzijde, de benen en de buik.

De punt van de snuit, rond de neus en de mond, zit een zwarte of bruine vlek.

Langs de ruggengraat van de manen tot de staartwortel loopt een brede zwarte streep.

De steppezebra is de gehele dag door actief.

Het zijn echte grazerd, die zich aan alle grassoorten en -hoogten kunnen aanpassen.

Ook eten ze twijgen, scheuten en bladeren van bomen en struiken.

Ze zijn zelden ver van water te vinden, maar mijden modderige grond.

De steppezebra leeft op de open graslanden, savannes, steppen en bossavannes van zuidelijk en oostelijk Afrika, zowel op vlakten als in heuvelachtige streken en in bergen.

In het droge seizoen voegen meerdere kudden zich bij elkaar tot grotere kudden van soms meer dan duizend dieren en trekken ze naar vochtigere gebieden.