Vuurwants ( Pyrrhocoris apterus )

 

De vuurwants is een bontgekleurde soort die een overwegend helder rode kleur heeft met een karakteristiek patroon van zwarte lichaamsdelen en vlekken en hieraan is te herkennen.

De wants komt in grote delen van Europa voor en is ook in België en Nederland te vinden.

De wants is voornamelijk een planteneter die soms dode of levende insecten eet.

De wants kan niet vliegen en is soms massaal aan te treffen bij lindebomen en andere favoriete voedselbronnen, vaak in bewoond gebied. Hij kan, in het nauw gedreven, steken en een onaangename geur verspreiden.

Zowel aan de voet van de Lindeboom als op de stam kan de wants soms in grote groepen worden aangetroffen.

Vooral na een zachte winter kunnen de aantallen zo groot zijn dat delen van de stam geheel rood worden gekleurd.

Aan de boom zelf wordt geen directe schade toegebracht, alleen afgevallen zaden en bladeren worden gegeten.

De soort manifesteert zich gewoonlijk in een generatie per jaar, de volwassen dieren overwinteren.

In warme gebieden of jaren is er een tweede generatie, hiervan kunnen ook de nimfen de winter doorkomen.

Het insect kan het jaar door worden gezien, maar vooral in maart­-mei en juli­-oktober.

De vuurwants heeft altijd een zwarte en ongevlekte kop, aan de zijkanten zijn de ogen  gelegen, het oog heeft een roodpaarse kleur. Het halsschild is roodomrand maar zwart in het midden, het halsschild en de zwarte vlek zijn vierkant van vorm.

Achter het halsschild is het schildje  gelegen, dat zichtbaar is als een klein, driehoekig plaatje waarachter de voorvleugels gelegen zijn.

Het scutellum is zwart van kleur maar omdat ook het achterste deel van de vleugel een zwarte zoom heeft, en tegen het scutellum aanligt, maakt het scutellum deel uit van een grotere zwarte driehoek.

De voorvleugels bestaan bij wantsen zoals de vuurwants uit verschillende delen, het achterste deel wordt de clavus genoemd en heeft dus een zwarte kleur, het middelste deel heet het corium en het buitenste deel wordt met embolium aangeduid.

Zowel het corium als het embolium zijn vuurrood van kleur maar hebben op het midden een kleine zwarte vlek aan de voorzijde  en een duidelijk grotere vlek aan de achterzijde.

De achterlijfssegmenten steken bij de vuurwants aan weerszijden uit, wat veroorzaakt wordt door de laterotergieten.

Dit zijn rugplaten die aan de buitenzijde van de eigenlijke rugplaten of tergieten zijn gelegen.