Vicuna ( Lama vicugna )
In Zuid-Amerika zijn er 4 soorten kameelachtigen: de lama, de alpaca, de guanaco en de vicuña.
De laatste twee leven in het wild, de guanaco is de voorouder van de lama en de vicuña, van de alpaca.
De vicuña meet ongeveer 120 tot 180 cm en komt alleen voor in het centrale Andesgebergte in Zuid-Amerika.
Fysiek is hij veel dunner en slanker en heeft hij minder vacht dan de lama en de alpaca.
De kleur van zijn vacht is bruin aan de bovenkant en wit op zijn flank, buik en de binnenkant van zijn poten.
Zijn vacht is het fijnste materiaal na zijde.
De vicuña heeft hoeven waardoor hij snel en behendig kan zijn in zijn zeer rotsachtige natuurlijke habitat.
Angstig en wantrouwend dier, leeft het op de hoge grasvlakten, tot op een hoogte van 5000 meter en beweegt zich in kuddes van 10 tot 20 andere vicuña's, bestaande uit een dominant mannetje.
Ze zijn zeer resistent tegen domesticatie.
De vicuña, sinds de tijd van de Inca's, werd bejaagd voor zijn wol om warme en zachte kleren te maken voor de koninklijke familie. Het was verboden om iets van vicuñawol te bezitten zonder deel uit te maken van het koningshuis!
Na het scheren, dat eens in de twee jaar plaatsvond, werd het voorzichtig vrijgelaten.
De vicuña produceert slechts 150 tot 225 gram wol per jaar, vandaar zijn zeldzaamheid en hoge prijs.
Elk jaar kan slechts een bepaalde hoeveelheid worden geproduceerd.
Het wordt dan als luxe beschouwd en veel mensen betalen er ongelooflijk veel geld voor.
Vicuña-wol is zeer kwalitatief en fijn (ongeveer 12 micron).
Het heeft dezelfde voordelen als alpacawol, zoals de thermoregulerende, hypoallergene en duurzame eigenschappen.
Vicuñawol is zeer warm en bestendig, veel meer dan schapenwol, en zijn lichtheid maakt hem zeer comfortabel.
Vicuña's worden ongeveer 20 jaar.
Zijn roofdieren zijn de poema, de Andesvos en de condor.
Vicuña’s markeren hun territorium op vaste plekken waar de hele familie hun behoefte doet.
Ze herkennen hun eigen hopen aan de geur en voorkomen zo dat ze in het territorium van een andere groep komen.
De gezamenlijke poephopen van de familiegroepen zijn niet alleen van belang voor de vicuña’s.
Recent onderzoek heeft aangetoond dat de poephopen ook erg belangrijk zijn voor planten en andere dieren, zoals vossen en kleine knaagdieren.
In de mest van vicuña’s zitten namelijk voedingsstoffen die nodig zijn voor de groei van planten. En die zijn erg schaars op de kale, rotsachtige vlaktes.