Ringpootroofvlieg ( Machimus cingulatus )

 

De ringpootroofvlieg is een gewone soort in onze tuin.

Ze is niet zo moeilijk te herkennen, als je tenminste goed naar de pootjes kunt kijken: die zijn zoals de naam van het beestje al doet vermoeden, geringeld.

Het diertje wordt 10 tot 15 millimeter lang en heeft een spanwijdte van maximaal zo'n 40 millimeter.

De volwassen vliegen zijn te zien van eind mei tot eind september, maar met een duidelijke piek in de aantallen in augustus.

Ze jagen vooral op cicade's, muggen en andere vliegen, vooral zweefvliegen.

Het mannetje en het vrouwtje zijn gelijk, behalve wat betreft de punt van het achterlijf.

Dat eindigt bij het mannetje in twee klauwtjes, een grijporgaante, terwijl het bij de vrouwtjes in een punt eindigt.

Bij de meeste vliegen heeft het mannetje veel grotere ogen die bovendien dichter bij elkaar staan.

Bij de roofvliegen echter is dat nauwelijks het geval.