Noorse esdoorn ( Acer platanoides )

 

Het is een 20 tot 30 meter hoge snelgroeiende loofboom.

Als straatboom aangeplant vind je in steden de in april met gele rechtopstaande tuilen bloeiende Noorse esdoorn.

Als de bomen vrucht zetten, vallen de gevleugelde vruchten in het najaar al draaiend naar beneden.

Voordat er bladeren aan de boom ontluiken, ontvouwen zich de rechtopstaande tuilen met een flink aantal bloemen.

Deze bloemen zijn regelmatig en hebben vijf kelk- en kroonbladen, die alle geel gekleurd zijn.

Hoewel de bloemen in beginsel tweeslachtig zijn, zie je dat elke bloem functioneel ofwel mannelijk ofwel vrouwelijk is.

In de praktijk kun je ze daarom als eenslachtige bloemen zien.

In de mannelijke bloemen ontwikkelen zich de 8 meeldraden.

Als deze hun pollen hebben vrijgegeven, vallen ze al snel van de boom af.

De functioneel vrouwelijke bloemen hebben een bovenstandig vruchtbeginsel.

Dit is tweehokkig en heeft dan ook twee stijlen met stempels.

Het vruchtbeginsel heeft de vorm van een U.

In deze bloemen worden de 8 meeldraden wel aangelegd, maar ze openen niet.

Er kan een zekere afwisseling optreden in de bloei.

Soms zijn de mannelijke bloemen als eerste rijp, soms de vrouwelijke.

Onder in de bloemen wordt veel nectar geproduceerd en daar komen bijen en andere insecten op af.

Deze bloembezoekers zorgen voor de bestuiving en bevruchting.

De stam van de Noorse esdoorn is licht grijsgroen van kleur en weinig gegroefd.

De bladeren staan kruisgewijs aan de twijgen geplaatst.

Ze zijn handnervig en handvormig ingesneden.

Meestal kun je vijf bladslippen onderscheiden.

De rand van de slippen heeft een klein aantal grote spitse tanden.