Kommavlinder ( Hesperia comma )

 

 

De onderkant van de achtervleugel is grijsgroen met enkele opvallende witte vlekjes.

De wat grotere vlek bij het lichaam (de 'komma' waaraan deze soort zijn naam dankt) is kenmerkend.

Het mannetje van de kommavlinder heeft op de bovenkant van de voorvleugel een grote geurstreep.

 

De Kommavlinder is klein en onopvallend en vliegt laag en snel over de vegetatie.

Vooral open plekjes zijn cruciaal.

In Vlaanderen komt deze zeldzame vlinder voor op droge heide en in heischrale graslanden.

De vlinder vliegt van eind juli tot eind augustus; in die periode kan het op de heide erg warm zijn.

Kommavlinders kunnen dus wel wat verdragen.

De rupsen leven van de typische grassoorten die in de heide groeien, zoals fijn schapengras.

 

 Mannetjes patrouilleren door hun territorium op zoek naar vers uitgekomen vrouwtjes of om mannelijke indringers te verjagen. Vrouwtjes houden zich veelal wat meer gedeisd.

Net als veel andere oranje dikkopjes, houdt zij hierbij haar voorvleugels rechtop en de achtervleugels gespreid.