Drietand ( Acronicta tridens )
Samen met de psi-uil is deze uil goed te onderscheiden van de andere Acronicta-soorten door de duidelijk afstekende zwarte lengtestrepen op de vaak enigszins bruinachtig getinte, grijze voorvleugel.
Het meest opvallend zijn de langgerekte streep in de vorm van een speerpunt in de binnenrandhoek en de lange, vertakte wortelstreep.
De naar elkaar toe liggende zijden van de ringvlek en de niervlek zijn zwart omrand; daartussen ligt een zwart lijntje dat de beide vlekken met elkaar verbindt.
Er is weinig variatie; soms komen roze getinte exemplaren voor.
Vliegtijd van half april-eind september in twee generaties.
De vlinders komen zowel op licht als op smeer en bezoeken bloemen.
Habitat : Bossen, moerasachtige gebieden, wegbermen en ruderale terreinen in stedelijk gebied.
Waardplanten : Allerlei loofbomen en struiken, waaronder sleedoorn, meidoorn, wilg, eik, roos en dwergmispel.