Knollenbladwesp ( Athalia rosae )

 

De knollenbladwesp wordt 6 tot 8 mm groot.

De kop en ogen zijn geheel zwart.

Het borststuk is oranje met twee zwarte ovalen aan de bovenkant.

Het achterlijf is geheel oranje en de poten zijn oranje met zwarte stukjes aan de onderste gelede delen.

De vleugels zijn doorzichtig en hebben een zwarte rand van de basis tot 2/3 van de rand.

De knollenbladwesp is een opvallende bladwesp van nog geen centimeter die algemeen voorkomt.

Vaak tref je ze in tuinen en weilanden.

Hun vliegperiode is van april tot oktober.

De larven leven op radijs, mosterd, koolzaad en andere kruisbloemigen.